Interview
“Onze 2120-visie maakt de geesten rijp voor verandering”
Voor Frans ter Maten, heemraad bij waterschap Vallei en Veluwe, staat één ding buiten kijf: willen we Nederland toekomstbestendig maken, dan moeten we anders gaan handelen dan we tot nu toe deden. Hij nam daarom het initiatief om een regionale 2120-visie te ontwikkelen.
“Toen het WUR-verhaal over Nederland in 2120 uitkwam, wisten we meteen: dit hebben wij ook nodig voor ons werkgebied. Want het helpt ons in de ruimtelijke keuzes en dilemma’s waar we nu voor staan. Kijk, langetermijndenken is op zich niets nieuws. Maar wat deze toekomstvisies wezenlijk anders maakt, is dat je de verre toekomst als vertrekpunt neemt, om van daaruit terug te redeneren naar het nu. Hoe zorgen we dat wat we nú doen, niet nog meer onomkeerbare ellende oplevert?
Natuurlijk kun je zeggen: 2120 is nog hartstikke ver weg, we zien tegen die tijd wel. Maar dat kunnen we ons simpelweg niet permitteren – dan is de aarde straks niet meer leefbaar. Zelf ben ik onlangs opa geworden, en ik voel de verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat mijn kleindochter als volwassene nog in Nederland kan wonen, werken en recreëren.
De vertaling van de landelijke 2120-visie naar ons werkgebied geeft ons handvatten in allerlei discussies die we nu voeren: over verstedelijkingsstrategieën, de stikstofaanpak, de woningnood. Het maakt de geesten rijp om de verandering die we voor ogen hebben, ook echt door te zetten. Natuurlijk, de toekomst gaat er niet 1-op-1 zo uitzien. Maar het verhaal is wél gebaseerd op onderzoek en feiten. Zo geeft het handen en voeten aan het gedachtegoed van ‘water en bodem sturend’.
Ik merk dat beleidsmakers en bestuurders zich door deze visie gaan realiseren dat de keuzes die zij maken, impact hebben op de toekomst van hun kinderen en kleinkinderen. Wanneer je deze visie als leidraad neemt, kun je nog steeds huizen bouwen en de stikstofcrisis oplossen – juist wel, maar dan op een andere, duurzamere manier.
Wat ik zo mooi vind, is het positieve gevoel dat van de 2120 toekomstvisie uitgaat. Het is een hoopvol verhaal, mensen worden er enthousiast van. Dat hebben we hard nodig, want schets je een doemscenario, dan is de reactie: ach, laat dan ook maar. Verandering is en blijft lastig. En ja, we roeien nog tegen de stroom in. Maar ik ben ervan overtuigd dat deze aanpak zich als een olievlek gaat verspreiden.”